Primeurs op het Biobased Business Event Emmen

Het Groene Chemie cluster in Emmen is flink in ontwikkeling. Dat bleek op 22 september tijdens de tweede editie van het Biobased Business Event Emmen, dat plaats vond op het emmtec Industry & Businesspark. Tijdens de vorige editie werd de belofte uitgesproken dat er werk gemaakt zou worden mét de biobased economy. Het resultaat een jaar later mag er zijn. Met o.a. de ontwikkeling van de eerste BioPET100 verpakking voor cosmetica (een 100% biobased polyester) en de vestiging van Fiby Products in Emmen. Deze primeurs werden bekend gemaakt tijdens het Biobased Business Event Emmen, dit jaar samen georganiseerd met het 3DprintEU Congres.

Een primeur van wereldformaat!
De schaalsprong naar realisatie is gemaakt, een grote sprong in de ontwikkeling van de biobased economy. Hét voorbeeld is de presentatie van de allereerste BioPET100 verpakking voor cosmetica. BioPET100 is een polyester gemaakt op basis van groene reststromen en is het bewijs dat je een product kunt realiseren zonder gebruik van traditionele grondstoffen als aardolie. Nergens ter wereld is een dergelijk polyester ontwikkeld en met deze stap laten de ontwikkelaars zien dat een economie zonder olie steeds dichterbij komt. BioPET100 polyester heeft precies dezelfde eigenschappen en kwaliteit als het huidige, op aardolie gebaseerde, polyester. Enige verschil is een lagere CO2-voetprint en het feit dat er geen olie meer wordt gebruikt in het maakproces. Met de baanbrekende ontwikkeling van BioPET100 laten de ontwikkelaars (een consortium van MKB-bedrijven en kennisinstellingen) zien dat biomassa reststromen in de toekomst steeds belangrijkere grondstoffen worden voor de productie van bestaande kunststoffen. Met BioPET100 is het bewijs geleverd dat het kan, nu is het zaak op te schalen!

Composietencluster Emmen verder versterkt
Met de vestiging van Fiby Products krijgt Emmen er een nieuw (bio)composieten bedrijf bij en wordt het groene Chemie cluster versterkt. Fiby Products gaat duurzame producten en componenten ontwikkelen, fabriceren en verkopen, voor weg- en waterbouw gerelateerde producten (sluisdeuren, kipperwagens). Fiby Products is een samenwerking tussen Composite Technology Center (CTC) uit Almelo, Machinefabriek Emmen en Roelofs Kippers uit Rouveen. CTC en Machinefabriek Emmen ontwikkelden en produceerden eerder al de biocomposietbrug voor WILDLANDS Adventure Zoo. Dit zorgde voor veel positieve reacties en opdrachten uit in binnen- en buitenland. Uiteindelijk leidt dit succes nu tot de oprichting van het nieuwe bedrijf Fiby Products. De komst van het bedrijf zorgt voor extra werkgelegenheid. In eerste instantie gaat het om 15 banen, die het bedrijf gaat invullen met inwoners uit de gemeente Emmen. De gemeente Emmen en de provincie Drenthe hebben bijgedragen in de aanloopkosten van dit nieuwe bedrijf om daarmee realisatie mogelijk te maken.

Andere primeur was o.a. de presentatie van het eerste concept design van de Agile Flex Desk ‘Workplace 2020’. Een bijzonder project met de naam ‘Circulair Biobased Design’ van kennisinstituut Green PAC en Drentea. Bij de ontwikkeling van dit concept is met de kennis van nu samen met docenten en industrieel productontwerpers van Green PAC en Drentea gewerkt aan de ultieme werkplek. Heel symbolisch hiervoor is dat een compact retro-bureau uit de jaren vijftig als basis is genomen. De techniek, eisen en wensen van toen versus de innovatie van nu. Doel van het concept is om uit te vinden hoe de producten van Drentea op een slimme wijze nog duurzamer kunnen worden geproduceerd, zonder in te leveren op de kwaliteit en levensduur. De focus ligt op circulariteit, dat het product na gebruik in de eerste levensfase geschikt is voor een tweede en wellicht derde leven is een must.

Twee nieuwe netwerken
Naast bovenstaande primeurs werden ook twee nieuwe netwerken bekend gemaakt die een belangrijke rol spelen in de verdere ontwikkeling van de biobased economy in het noorden. Het kennisnetwerk Bio Economy Region Northern Netherlands (BERNN) waarin de Rijksuniversiteit Groningen en de vier Noordelijke Hogescholen samenwerken om te bevorderen dat kennis wordt omgezet in industriële toepassingen. En het bedrijvennetwerk groene chemie waarin verschillende MKB bedrijven zich hebben verenigd om het groene chemiecluster in Emmen en omgeving verder te versterken.

650 bezoekers en bijna 80 organisaties
Deze tweede editie was wederom het emmtec Industry & Businesspark gastheer. Op deze uitzonderlijke locatie bezochten zo’n 650 bezoekers de bijna 80 organisaties op de beursvloer, inspirerende lezingen van o.a. Joan Hanegraaf (Oerlemans Plastics), Nelo Emerencia (Bio-based Industry Consortium) en Rop Zoetemeijer (Biobased Delta), workshops en demonstraties. Op het Financieringsplein, mogelijk gemaakt door de Rabobank, konden de bezoekers informatie krijgen over subsidies en fondsen. Twaalf kennisinstellingen vormden tezamen het onderwijsplein.

Subsidies voor ontwikkeling, onderzoek en valorisatie in de noordelijke provincies

Groningen, Friesland en Drenthe zetten in op innovatie en CO2-reductie. De komende tijd kunnen bedrijven in de drie Noordelijke provincies hiervoor gebruikmaken van twee interessante subsidieregelingen, gericht op innovatieprojecten die impact hebben op de economische ontwikkeling.

Er is € 10 miljoen beschikbaar voor de VIA-regeling (Versneller Innovatieve Ambities). Hiervan is zeven miljoen euro bedoeld voor innovatieve projecten en € 3 miljoen voor projecten die bijdragen aan CO2-reductie. Mkb’s kunnen maximaal € 100.000 subsidie krijgen. Voorwaarde is dat de projecten een bijdrage leveren aan een of meerdere maatschappelijke uitdagingen van de regio, waaronder energie, water, gezondheid, voedselzekerheid, duurzame landbouw en bio-economie.

Samenwerking
Voor innovatieprojecten die in de fase zitten tussen productontwikkeling en marktintroductie komen mogelijk in aanmerking voor subsidie vanuit het EFRO-valorisatieprogramma. In een apart onderdeel van dit Europese subsidieprogramma voor regionale ontwikkeling zoekt het SNN ook naar innovaties die een oplossing bieden voor maatschappelijke uitdagingen en daarmee impact hebben op de regionale economie. Samenwerking, vooral tussen verschillende topsectoren, wordt hierbij toegejuicht. De maximale subsidie per project is één miljoen euro.

Nu aanvragen
Beide subsidies dienen zo snel mogelijk te worden aangevraagd. De EFRO-valorisatieregeling sluit al op 1 september. De VIA sluit op 31 december, of eerder als het budget op is.

Voor meer informatie: Verschillende innovatiesubsidies voor Noord-Nederland (website NO Consultants)

Kom 22 september naar het Biobased Business Event Emmen!

Locatie: Emmtec Industry & Businesspark

Inspireren, informeren en ontmoeten, daar gaat het om! Het Biobased Business Event Emmen is dé etalage voor biobased bedrijven en producten. Ontmoet uw businesspartners en potentiële investeerders. Laat u inspireren door en informeren over Innovatieve technische toepassingen en concrete business cases. De focus ligt op biocomposieten en biopolymeren (vezels/garens). Het draait om bedrijven en producten in de keten; van grondstof tot (half)fabricaat. We bieden u een zeer gevarieerd programma met o.a. een beursvloer, lezingen, showcases, matchmaking, workshops en demonstraties.

Topsprekers
Enkele topsprekers die we al hebben vastgelegd zijn Nelo Emerencia (Biobased Industries Consortium), Rop Zoetemeyer (Biobased Delta), prof. dr. Francesco Picchioni (Rijksuniversiteit Groningen) en Daan Dijk (Rabobank).
Op de beursvloer vindt u naast diverse bedrijven en concrete producten:

  • Onderwijsplein; jonge professionals worden klaargestoomd voor de toekomstige arbeidsmarkt. Onderwijsinstellingen laten zien hoe zij zich voorbereiden op ontwikkelingen op het gebied van de biobased economy en 3D-printen. Het onderwijsplein is een samenwerking tussen het Nederlandse en Duitse onderwijs, van MBO tot universiteit.
  • Financieringsplein; laat u informeren over investeringsmogelijkheden en diverse regelingen en subsidies in de biobased economy (mede mogelijk gemaakt door de Rabobank).
  • Meetingpoint; ga 1-op-1 in gesprek met uw toekomstige businesspartner. De BBE Netwerkapp helpt u met het vinden van de juiste match en het leggen van (nieuwe) contacten.

Houd onze website in de gaten voor een up-to-date programma.

3DprintEU congres
Het Biobased Business Event Emmen en het 3DprintEU congres werken dit jaar samen (klik hier voor meer informatie). 3DprintEU is hét event van Noord-Nederland op het gebied van 3D-printen en scannen. Bedrijven laten hun nieuwste producten en mogelijkheden zien op het gebied van 3D-metaalprinten en 3D-scantechnieken. Op het 3D-printerplein kunt u onder begeleiding aan de slag met 3D-printen van diverse objecten. Kortom, gezamenlijk bieden wij u een zeer aantrekkelijk programma!

Bezoeken?
Bent u werkzaam in de biobased economy, of nieuwsgierig naar de kansen en mogelijkheden? Op zoek naar bedrijven die u verder helpen in het ontwikkelen van biopolymeren en (bio)composieten, of wilt u bijgepraat worden over de nieuwste ontwikkelingen op dit gebied? Bezoek dan het Biobased Business Event Emmen op 22 september 2016. Ga naar www.biobasedbusinessevent.com en meld u vandaag nog aan! Vooraf aanmelden is verplicht ivm de veiligheidseisen van de locatie.

Kosten
De entree bedraagt € 40,- p.p. (inclusief lunch en consumpties, exclusief BTW). Dit biedt toegang tot het Biobased Business Event Emmen én het 3DprintEU congres.

Meedoen?
Wilt u uw product presenteren op de beursvloer? Neem dan contact met ons op via info@biobasedbusinessevent.com of kijk op www.biobasedbusinessevent.com. Aan de standruimte zijn geen kosten verbonden, wel betaalt u de entreevergoeding van € 40,- p.p.

Praktische informatie
Locatie: Emmtec Industry & Businesspark Emmen
Tijd: Hele dag (10.00 – 17.00 uur)
www: www.biobasedbusinessevent.com
e-mail: info@biobasedbusinessevent.com

Bekijk hier de digitale uitnodiging.

Deelprojecten ‘Bio-economie in de non-food sector’ in beeld

Het project ‘Bio-economie in de Non-Food sector‘ ontwikkelt nieuwe materialen, waarbij grondstoffen gespaard worden en het milieu wordt ontzien. Door de ontwikkeling van biobased bouwstenen voor materialen en chemicaliën en de ontwikkeling van biobased producten, draagt dit project bij aan een duurzame economie en aan het verminderen van de CO2 productie. ‘Bio economie in de Non-Food sector’ bundelt in de periode 2015-2018 Duits-Nederlandse ontwikkelingsprojecten, met de focus op innovatieve producten en materialen, nieuwe groene routes, biobased producten voor de woningbouw en kennistransfer.
Het project ondersteund kleine en middelgrote ondernemingen bij de ontwikkeling van nieuwe biobased producten en toepassingen, in samenwerking met kennisinstellingen (waaronder Green PAC).

Met bedrijven en kennisinstellingen uit de regio wordt gewerkt aan concrete innovaties op het gebied van 3D printing, microspuitgiet toepassingen, duurzame vezels, biosubstraat, biochar, biobased woningbouw en een biobased fietspad. Daarnaast worden grensoverschrijdende netwerken en kennisoverdracht in het kader van de bio-economie verder ontwikkeld.

Animaties van de deelprojecten
Om de projecten op een laagdrempelige manier uit te leggen heeft het projectbureau van het project ‘Bio-economie in de non-food sector’ sinds kort een speciale pagina laten maken met daarop een landkaart en de verschillende samenwerkingspartners per project. Op deze manier krijgt de lezer een helder beeld door wie en in welke grensoverschrijdende samenwerking de deelprojecten worden uitgevoerd. Daarnaast kan men vervolgens klikken op een project en popt er een heldere animatie over het ‘hoe, wat en waarom’ van het desbetreffende project op. Erg handig wanneer je graag wat meer over de projecten wilt weten. Zie hier de rechtstreekse link naar de projectenpagina.

Het project ‘Bio-economie in de Non-Food sector’ wordt in het kader van het INTERREG V A programma Deutschland-Nederland ondersteund met middelen van het Europese Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO). Het project ontvangt cofinanciering van het Ministerie van Economische Zaken, de provincies Drenthe, Flevoland, Fryslân, Gelderland, Groningen, Noord-Brabant en Overijssel en door de deelstaat Niedersachsen.

The future is now: duurzaam 3D-printen bij Green PAC

Een 3D-geprinte tand, kies of kroon? In de toekomst is het de normaalste zaak van de wereld. Duits econoom Klaus Schwab voorspelt zelfs dat ontwikkelingen in 3D-techniek de vierde industriële revolutie veroorzaken. Green PAC, initiatief van Stenden hogeschool en Hogeschool Windesheim, focust zich al langere tijd op het ontwikkelen van nieuwe en duurzame materialen voor 3D-printen.

Van student naar product
Binnen Green PAC wordt kennis en innovatie ontwikkeld, gerealiseerd en gefaciliteerd. Niet alleen door de hogescholen, maar juist in samenwerking met bedrijven en producenten. Samen met hen werkt Green PAC aan praktijkgericht en toegepast onderzoek. Zo ook op het gebied van 3D-printen. Jan Jager, lector Duurzame kunststoffen bij Stenden hogeschool: “Bedrijven geven bij ons aan wat ze interessant vinden en graag willen weten, en de studenten gaan op onderzoek uit. De kennis die ze daarbij opdoen, wordt vervolgens ingezet bij de ontwikkeling van een product.”

Vooruitstrevende techniek
De 3D-techniek maakt het makkelijker en goedkoper om eenmalig een uniek product te maken. Van de medische wereld tot de entertainment industrie, binnen elke sector is deze techniek toepasbaar. Volgens Jager komen er steeds meer functionele toepassingen. “Tegenwoordig moet je tijdens een hockeywedstrijd verplicht een bitje dragen. Vanuit die gedachte zijn we, samen met o.a. 3Dmouthguard en Dentalair, mondbeschermers aan het ontwikkelen voor de hockeyclub Bloemendaal. Nu is het namelijk nog zo dat elk bitje persoonsgebonden is en zeer prijzig om te laten maken door een tandarts. Juist hier biedt de 3D-techniek een ideale oplossing. Een 3D-scanner scant nauwkeurig het gebit, deze scan wordt doorgestuurd naar een computer, die een negatief van het gebit maakt, dat vervolgens met geschikt elastisch materiaal wordt geprint op een 3D-printer.”

Uitvinden van nieuw materiaal
Wel zijn er de komende jaren nog genoeg uitdagingen te overwinnen. Zo hebben de huidige 3D-printers nog niet altijd de eigenschappen die de bestaande techniek wel heeft. 3D-printers werken op dit moment bijvoorbeeld nog maar met een beperkt aantal materialen. Dit is een van de speerpunten van Jager: “De grondstoffen die wij gebruiken voor de ontwikkeling van kunststofdraden (het printdraad voor een 3D-printer) zijn duurzaam en biologisch afbreekbaar. Zo wordt veel gebruik gemaakt van polymelkzuur (PLA) dat zeer geschikt is voor 3D-printen. Nadeel is wel dat de producteigenschappen van PLA niet altijd overeenkomen met de eisen die een producent aan het te printen product stelt. Binnen Green PAC zoeken we daarom naar nieuwe grondstoffen die ook geschikt zijn om mee te printen en die de verschillende vragen en eisen uit de markt beter bedienen. Zo verkennen we op dit moment hoe je natuurlijke vezels als hout en gras kunt mengen in biokunststoffen, zodat deze vervolgens gebruikt kunnen worden als basis om mee te printen.”

Jong geleerd, is oud gedaan
Onderwijs is een belangrijk onderdeel van Green PAC. “Om techniekonderwijs te promoten zijn we onlangs samen met de provincie Drenthe een leuk project gestart (3DKanjers), waarbij 3D-printen wordt geïntroduceerd in het basisonderwijs. Met dit project leren kinderen van groep 7 en 8 om zelf een 3D-printer in elkaar zetten. Vervolgens ontwerpen ze op een tablet hun eigen voorwerp in drie dimensies, en kunnen die daarna zelf printen,” aldus Jager. “Tot nu toe zijn er in de provincie Drenthe al 263 scholen die meedoen en rolt het project zich inmiddels landelijk uit.”

Meer weten over 3D-printen? Op donderdag 22 september organiseren hogescholen Stenden en Windesheim vanuit het initiatief Green PAC de vierde editie van 3DprintEU in Emmen. Kijk hier voor meer informatie.

Provincie investeert in vergroening chemie Zuidoost Drenthe

De provincie Drenthe stelt de komende drie jaar 750.000 euro beschikbaar voor de vergroening van de chemie in Zuidoost Drenthe. Doel is om innovatie binnen de bedrijven te versnellen en de Drentse initiatieven op de kaart te zetten. Met de bijdrage van de provincie kan de chemiesector zich verder ontwikkelen en hun  status van toplocatie voor groene chemie in Nederland versterken.

Met de bijdrage van de provincie wordt de aanjaagorganisatie gecontinueerd, de profilering van de groene economie en de uitwerking van de gezamenlijk noordelijke aanpak verder vormgegeven. De gemeente Emmen draagt financieel bij aan de aanjaagorganisatie en de profilering.

De Drentse chemie bestaat hoofdzakelijk uit Midden- en Kleinbedrijven. Deze bedrijven hebben soms begeleiding nodig in hun zoektocht naar innovatie. De aanjaagorganisatie zorgt voor deze begeleiding.

De provincie hecht grote waarde aan de verdere ontwikkeling van de chemische sector in Zuidoost-Drenthe. ‘Duizenden mensen vinden hun werk in de drentse chemie. De sector is daarmee een belangrijke werkgever. De vergroening en verduurzaming is een kans voor de sector. Zowel burgers als bedrijven hebben steeds meer behoefte aan groene producten die gemaakt zijn van biomassa en niet van de traditionele fossiele grondstoffen. Ook bedrijven die zich richten op recycling van bestaande producten dragen bij aan deze circulaire economie’, aldus gedeputeerde Henk Brink.

Door nu te investeren in de chemie speelt de provincie Drenthe in op de verwachte advisering van de zogeheten commissie Vollebregt. Deze commissie is in het leven geroepen door het Ministerie van Economische Zaken en moet een strategie formuleren hoe de economie in de regio Emmen, Hoogeveen, Coevorden en Hardenberg versterkt kan worden.

‘Hoewel dit advies nog officieel gepresenteerd wordt, verwachten wij dat de chemiesector daar een belangrijke rol in gaat spelen. Wij willen geen tijd verliezen en zetten daarom alle seinen nu al op groen’, aldus Brink. ‘Natuurlijk zijn het in eerste instantie de bedrijven zelf die de slag moeten maken, maar wij zien voor ons als overheid een rol weggelegd in de randvoorwaardelijke sfeer.’

Europees Biobased Industries Consortium bezoekt Emmen

Op woensdag 23 maart vond een werkbezoek plaats met een delegatie van het Biobased Industries Consortium (BIC) in Emmen. Doel van het bezoek was om te laten zien wat voor biobased ontwikkelingen er momenteel in de regio Emmen plaatsvinden en waar kansen liggen. Ook het ministerie van Economische Zaken en het Dutch Biorefinery Cluster waren vertegenwoordigd.

De delegatie van het BIC en de vertegenwoordigers vanuit het ministerie EZ en het Dutch Biorefinery Cluster werden welkom geheten door wethouder Bouke Arends. Samen met regionale (groene) ondernemers werden de genodigden bijgepraat over de ontwikkelingen in de groene chemie. Verschillende ondernemers gaven een presentatie. Het werkbezoek werd vervolgd met een excursie over het emmtec Industry & Businesspark van NUON en een rondleiding bij het, op het park gevestigde, bedrijf Cumapol. In de ontvangstruimte van het emmtec Industry & Businesspark werden de genodigden wederom getrakteerd op een aantal presentaties van groene lokale en regionale ondernemers.

Rol van het BIC
Het BIC is hét Europese orgaan waar het gaat om de ontwikkeling van een gunstig Europees ondernemersklimaat voor de biobased economy. Belangrijk doel van het BIC is om de zogenaamde value chain (waardeketen) van een productontwikkeling binnen Europa te laten plaatsvinden. Dus van grondstof tot eindproduct. Het BIC bezocht de regio vanuit die gedachte en was zeer geïnteresseerd in de bedrijven in deze regio. Tijdens het bezoek bleek dat kansen vooral liggen in consortia van bedrijven (groot en klein) uit de regio die grensoverschrijdend willen samenwerken met minimaal twee buitenlandse ondernemingen uit verschillende Europese landen. Dat is goed voor Europa én draagt bovendien bij aan economische groei en werkgelegenheid in de regio.

Koploper in groene vezelchemie
De regio Zuidoost-Drenthe zet, met Emmen als centrum, al geruime tijd in op de ontwikkeling van de Biobased Economy. De nadruk ligt op vezelchemie. Een sector die al sinds de jaren ‘50 volop in de regio aanwezig is. De regio staat zelfs op nummer 1 in Europa waar het gaat om het vervaardigen en produceren van producten in de vezelchemie. Sinds begin dit jaar is de regio Emmen (samen met Delfzijl) door Europa zelfs aangewezen als ‘demoregio’ voor biobased ontwikkeling met nadruk op de groene chemie. Kortom, de Europese ogen zijn op de regio gericht en het werkbezoek van het BIC, ministerie EZ en het Dutch Biorefinery Cluster was een belangrijke stap. Niet alleen voor de zichtbaarheid van de regio, maar juist om investeringen in de regio samen met ondernemers, overheden en kennisinstellingen uit te lokken.

Drenthe College opent Centrum voor Innovatief Vakmanschap

Met het Centrum voor Innovatief Vakmanschap richt Drenthe College zich in Emmen nadrukkelijk op Duurzame Chemische Technologie. Een richting waar ook door de provincie Drenthe en de regio Zuidoost-Drenthe sterk op wordt ingezet. De nadruk ligt op de samenwerking tussen onderwijs, bedrijfsleven en overheid en heeft als belangrijk doel de kwaliteit van technisch MBO-onderwijs te verbeteren. Om hier invulling aan te geven heeft Drenthe College een ‘state of the art’ praktijkhal gebouwd die op dinsdag 21 juni officieel wordt geopend.

Aansluiting onderwijs en arbeidsmarkt verbeteren
De vraag naar vakmensen in techniek en duurzame chemie zal de komende jaren stijgen. Met de bouw van de praktijkhal, voor het Centrum voor Innovatief Vakmanschap Duurzame Chemische Technologie (afgekort CIV DCT), speelt Drenthe College daar op in. Zo beschikt de hal over de nieuwste machines, apparatuur en materialen.
Door MBO-studenten vervolgens de mogelijkheid te bieden om in een praktijkgerichte omgeving studieopdrachten uit te werken, wil Drenthe College de aansluiting tussen onderwijs en arbeidsmarkt de komende jaren verbeteren. Ally Dijkstra, sectormanager Techniek van Drenthe College: ‘Werken in de steeds groener wordende chemische technologie is uitdagend, innovatief en interessant. Jonge mensen kunnen een wezenlijke bijdrage leveren aan de wereld van morgen, met vele innovatieve vindingen in de (bio)chemie.’

Innovatief en praktijkgericht
De praktijkopdrachten binnen het CIV DCT worden in studenten-teams van verschillende studierichtingen uitgevoerd. Soms aangevuld met HBO-studenten. Dijkstra: ‘Waar HBO-studenten sterk zijn in het uitvoeren van onderzoeken, ligt de kracht van MBO-studenten in het bedenken van innovaties gebaseerd op de dagelijkse praktijk. Juist die combinatie biedt kansen en een reëel beeld van de huidige arbeidsmarkt.’ Om daarnaast nog beter op de arbeidsmarkt in te spelen is een deel van de praktijkhal flexibel ingericht. Benodigde aanpassingen op ontwikkelingen uit het werkveld zijn zo eenvoudig te realiseren.

Een actueel onderwijsprogramma
Met de oprichting van het CIV DCT zet Drenthe College, naast het opleiden van voldoende vakmensen, in op het verbeteren en actualiseren van de onderwijsinhoud en –methoden. De gezochte samenwerking met het regionale bedrijfsleven speelt hierin een sleutelrol. Bedrijven worden actief betrokken om bij te dragen aan een innovatief, actueel én op de praktijk gericht onderwijsprogramma. Zo kunnen bedrijven echte cases inbrengen die als test of als leeropdracht worden aangeboden. Mooi praktijkvoorbeeld van een dergelijke case is het gebruik van grondstoffen uit suikerbiet voor het maken van een kunstheup. Deze case wordt de komende periode uitgewerkt en als één van de eerste opdrachten opgepakt.

Ontwikkeling en vernieuwing
De komende vier jaar zet Drenthe College in op de verdere ontwikkeling van het CIV DCT. Centraal in deze ontwikkeling staan onderwijsinnovatie én het bevorderen van de instroom van MBO niveau 4 studenten. De nadruk ligt op techniek in het algemeen en duurzame chemie in het bijzonder.

Zie verder de website van Drenthe College.

Gezocht: ondernemers met ideeën voor echte innovaties

Het Samenwerkingsverband Noord-Nederland (SNN) heeft nieuwe subsidiemogelijkheden voor ondernemers die willen innoveren. In totaal komt er in 2016 € 40 miljoen beschikbaar. Het geld is afkomstig uit het Europese Fonds voor Regionale Ontwikkeling en van de drie provincies en de vier steden. Tot en met 2020 komt circa € 200 miljoen beschikbaar om innovatie in het mkb aan te jagen. Deze financiële impuls draagt bij aan een innovatieve, duurzame economische ontwikkeling van Noord-Nederland.

VIA regeling
De VIA-regeling heeft als doel valorisatie en innovatie bij het midden-en kleinbedrijf in Noord-Nederland te stimuleren en een bijdrage te leveren aan een koolstofarme economie.

Tender Valorisatie 2016
De Tender Valorisatie 2016 stimuleert mkb-bedrijven, maar ook grootbedrijven en/of kennisinstellingen om tot kansrijke innovaties te komen met veel economische en bij voorkeur ook duurzame impact in de regio, en zo mogelijk ook daarbuiten.

Call Proeftuinen 2016
De call Proeftuinen 2016 faciliteert innovatieclusters met het (verder) ontwikkelen van proeftuinen rond maatschappelijke uitdagingen. Mkb-bedrijven kunnen binnen deze proeftuinen sneller hun innovatieve projecten ontwikkelen en testen en daarmee sneller naar de markt brengen.

Call Kennisontwikkeling 2016
De call Kennisontwikkeling 2016 heeft tot doel dat méér noordelijke mkb’ers aan kennisontwikkeling gaan doen. Dat houdt in dat zij hun kennispositie gaan versterken door samen met andere ondernemers en/of kennisinstellingen te onderzoeken hoe zij nieuwe kennis kunnen aanboren, doorontwikkelen en toepassen.

Programmering en campagne
Verschillende subsidie-instrumenten en –regelingen komen jaarlijks terug. Dan weten ondernemers waar ze aan toe zijn en kunnen daarop beter inspelen bij de ontwikkeling van hun innovatieambities.

Omdat veel mkb’ers door de bomen het bos niet meer zien in de wirwar van regelingen en subsidies, heeft SNN echteinnovaties.nl opgezet. Een overzichtelijke website waar alle regelingen en subsidies terug te vinden zijn. Mocht een MKB’er daar nog niet vinden wat hij zoekt dan bestaan er ook nog de websites 123subsidie.nl en innovatiefondsnoordnederland.nl.

Zie verder onderstaand filmpje.

DPI lanceert nieuw programma polymeerondezoek

DPI (Dutch Polymer Institute) zet zijn activiteiten voort in een nieuwe opzet. De raad van toezicht van DPI, bestaande uit voorzitter dr. Herman van Wechem en vertegenwoordigers van partnerbedrijven SABIC, Shell en Teijin Aramid en academische partners TU Delft en Rijksuniversiteit Groningen, staat unaniem achter de voortzetting van DPI. Het instituut kan hierdoor zijn sleutelrol op het gebied van vraaggestuurd polymeeronderzoek op internationaal niveau blijven vervullen met als doel innovatie en talentontwikkeling te stimuleren.

Lees hier het hele artikel.